oud-studiegenoot
Uiterlijk
- oud-stu·die·ge·noot
- samenstelling van oud bn "voormalig" en studiegenoot zn , volgens spellingregel 6.I geschreven met een koppelteken
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | oud-studiegenoot | oud-studiegenoten |
verkleinwoord |
de oud-studiegenoot m
- voormalig studiegenoot
- Het woord oud-studiegenoot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.