macro-economie
Uiterlijk
- ma·cro-eco·no·mie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | macro-economie | macro-economieën |
verkleinwoord | - | - |
de macro-economie v
- (economie) de economie op grote schaal
- Dit zal de macro-economie echter nauwelijks beïnvloeden.
1.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord macro-economie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.