loonpeil
Uiterlijk
- loon·peil
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | loonpeil | loonpeilen |
verkleinwoord |
het loonpeil o
- de hoogte van het salaris dat men ontvangt
- ▸ Maar we moeten ook rekening houden met het loonpeil van de pas aangestelde medewerker bij het gerechtshof van Svea.[2]
- Het woord loonpeil staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044633535