kreet
Uiterlijk
- kreet
- In de betekenis van ‘schreeuw’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1265 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kreet | kreten |
verkleinwoord | kreetje | kreetjes |
de kreet m
- doordringende schreeuw
- Hij hoorde plotseling een kreet van pijn.
- ▸ Woorden schieten nu zelfs tekort. Een ijselijke kreet galmt over de weide op de top van La Planche des Belles Filles. ‘Aaaargh!’[2]
- een met nadruk geuite uitspraak met holle betekenis (-> kretologie)
- Dat is een veelgehoorde kreet, maar wat betekent het nu eigenlijk?
vervoeging van |
---|
krijten |
kreet
- enkelvoud verleden tijd van krijten
- Ik kreet.
- Jij kreet.
- Hij, zij, het kreet.
- Ik kreet.
- Het woord kreet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kreet" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ "kreet" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Weblink bron Rob Gollin“De helling van de mooie meisjes knijpt de renner de keel dicht” (10 juli 2019), de Volkskrant
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be