klikbaar
Uiterlijk
- klik·baar
- Naamwoord van handeling van klikken met het achtervoegsel -baar
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | klikbaar | klikbaarder | klikbaarst |
verbogen | klikbare | klikbaardere | klikbaarste |
partitief | klikbaars | klikbaarders | - |
klikbaar
- aanklikbaar, met de mogelijkheid om op een internetpagina d.m.v. een muis een link aan te klikken
- Enkele berichten rond de familie Gaddafi zijn nog niet helemaal bevestigd, maar de BBC heeft zo goed en kwaad als het kan de stamboom aangepast. Klikbaar, en met korte biografieën. [1]
- wat ergens aan vast te klikken is
- Optionele extra’s als een klikbaar toetsenbord -annex-dockingstation. [2]
- Het woord klikbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.