hobby
Uiterlijk
- hob·by
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘liefhebberij’ voor het eerst aangetroffen in 1896 [1][2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hobby | hobby's |
verkleinwoord | hobby'tje | hobby'tjes |
de hobby m
- een liefhebberij of bezigheid ter ontspanning voor in de vrije tijd
- Mijn hobby is het maken van websites en computerprogramma's.
- hobbyblad, hobbyboer, hobbydier, hobbyhouder, hobbyisme, hobbyist, hobbykip, hobbymes, hobbyruimte, hobbytourisme, hobbyzolder
1. een liefhebberij of bezigheid ter ontspanning voor in de vrije tijd
vervoeging van |
---|
hobbyen |
hobby
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hobbyen
- Ik hobby.
- gebiedende wijs van hobbyen
- Hobby!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hobbyen
- Hobby je?
- Het woord hobby staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hobby" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "hobby" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ hobby op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
enkelvoud | meervoud |
---|---|
hobby | hobbies |
hobby
- Zie Wikipedia voor meer informatie. (in het Engels)
- ↑ hobby (n.), etymonline.com
- hobby
- Leenwoord uit het Engels
Naar frequentie | 6946 |
---|
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | hobby | hobbyen | hobbyer | hobbyene |
genitief | hobbys | hobbyens | hobbyers | hobbyenes |
hobby, m
- hobby
- «Noen har en trivelig hobby.»
- Sommige hebben een leuke hobby.
- «Noen har en trivelig hobby.»
- Zie Wikipedia voor meer informatie. (in het Noors)
- hobby
- Leenwoord uit het Engels
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | hobby | hobbyen | hobbyar | hobbyane |
hobby, m
- Zie Wikipedia voor meer informatie. (in het Nynorsk)
- Van het Engelse, Nederlandse of Spaanse hobby.
enkelvoud of impliciet meervoud |
expliciet meervoud |
---|---|
hobby | hobbynan |
hobby
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 5
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 5
- Woorden in het Engels met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Woorden in het Noors
- Woorden in het Noors van lengte 5
- Woorden in het Noors met audioweergave
- Woorden in het Noors met IPA-weergave
- Noorse woorden naar herkomst uit het Engels
- Zelfstandig naamwoord in het Noors
- Woorden in het Nynorsk
- Woorden in het Nynorsk van lengte 5
- Woorden in het Nynorsk met audioweergave
- Woorden in het Nynorsk met IPA-weergave
- Nynorske woorden naar herkomst uit het Engels
- Zelfstandig naamwoord in het Nynorsk
- Woorden in het Papiaments
- Zelfstandig naamwoord in het Papiaments