fare

Engels

Uitspraak

• Geluid:  fare (US)    (hulp, bestand)

vervoeging
onbepaalde wijs	to  fare
he/she/it	fares
verleden tijd	fared
voltooid deelwoord	fared
onvoltooid deelwoord	faring
gebiedende wijs	fare

Werkwoord

fare

1. begeven zich ~, gaan
2. het er op een bepaalde manier af brengen

enkelvoud	meervoud
fare	fares

Zelfstandig naamwoord

fare

1. (vervoers)kosten, prijs

Noors

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ˈfɑːɾə /

Woordafbreking

• fa·re

Woordherkomst en -opbouw

• Afkomstig uit het Nederduits

Naar frequentie	841

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	fare	faren	farer	farene
genitief	fares	farens	farers	farenes

Zelfstandig naamwoord

fare, m

1. gevaar

Synoniemen

• risiko
• naud

Verwante begrippen

• krise

Afgeleide begrippen

brannfare dødsfare eksplosjonsfare farefull farefylt faregrense faregruppe fareklasse faremoment

fareområde faresignal fareskilt faresone faresymbol faretruende gassfare helsefare helsefaremerking

ildsfare infeksjonsfare inflasjonsfare kollisjonsfare konfliktfare kreftfare krigsfare miljøfare rømningsfare

Nynorsk

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ˈfɑːɾə /

Woordafbreking

• fa·re

Woordherkomst en -opbouw

• Afkomstig uit het Nederduits

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	fare	faren	farar	farane

Zelfstandig naamwoord

fare, m

1. gevaar

Synoniemen

• risiko
• naud

Turks

Woordafbreking

• fa·re

	enkelvoud	meervoud
nominatief	fare	fareler
genitief	farenin	farelerin
datief	fareye	farelere
accusatief	fareyi	fareleri
locatief	farede	farelerde
ablatief	fareden	farelerden

Zelfstandig naamwoord

fare

1. (knaagdieren) muis
2. (informatica) muis, computermuis

Takuu

Zelfstandig naamwoord

fare

1. huis