deontoloog
Uiterlijk
- Geluid: deontoloog (hulp, bestand)
- de·on·to·loog
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | deontoloog | deontologen |
verkleinwoord | deontoloogje | deontoloogjes |
de deontoloog m
- (filosofie) (beroep) een filosoof die uitgaat van absolute gedragsregels
- iets wat slecht is, is volgens een deontoloog altijd slecht
- ik denk dat ik me toch maar niet ga inschrijven voor de studie van deontoloog
- Het woord 'deontoloog' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.