[go: up one dir, main page]

Naar inhoud springen

conviva

Uit WikiWoordenboek
vervoeging van
convivir

conviva

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van convivir
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van convivir
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van convivir