Naar inhoud springen
conviva
- aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van convivir
- aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van convivir
- gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van convivir