Josef Priller
Josef Priller | ||
---|---|---|
Bijnaam | "Pips" | |
Geboren | 27 juli 1915 Ingolstadt, Beieren, Duitse Keizerrijk | |
Overleden | 20 mei 1961 Böbing, Opper-Beieren, West-Duitsland | |
Rustplaats | Westfriedhof in Augsburg, Beieren, Duitsland; veld: 28, hoofdweg: G 31[1][2] | |
Land/zijde | nazi-Duitsland | |
Onderdeel | Heer Luftwaffe | |
Dienstjaren | 1934 - 1945 | |
Rang | Oberst | |
Eenheid | Infanterieregiment 19 Jagdgeschwader 71 Jagdgeschwader 51 | |
Bevel | Jagdfliegerführer 2 11 januari 1943 - 6 september 1943 Jagdfliegerführer 4 6 september 1943 - 1 april 1944 Jagdgeschwader 26 11 januari 1943 - 27 januari 1945 Inspekteur der Jagdflieger West 31 januari 1945 - 8 mei 1945 | |
Slagen/oorlogen | Tweede Wereldoorlog
| |
Onderscheidingen | Zie decoraties | |
Ander werk | Manager van een brouwerij |
Josef "Pips"[3] Priller (Ingolstadt, 27 juli 1915 — Böbing (Opper-Beieren), 20 mei 1961) was een beroemd Duits gevechtspiloot. Hij schoot 101 geallieerde toestellen neer.
Priller behaalde zijn eerste luchtoverwinningen in mei 1940 boven Frankrijk toen hij een aantal Franse toestellen neerhaalde. Vervolgens nam hij vanaf juli deel aan de Slag om Engeland, het offensief van Duitsland om Engeland te veroveren. Priller moest hierbij Duitse bommenwerpers escorteren die de Britse vliegvelden gingen bombarderen. De luchtoorlog liep in het begin succesvol voor de Duitsers, maar veranderde na een paar maanden in een catastrofe waarbij de Duitsers massale verliezen leden. Priller verloor hierbij zelf twee broers, die allebei ook piloot waren.
Na de Slag om Engeland vocht Priller vanaf zijn basis in Frankrijk tegen de geallieerde luchtmacht. Priller kreeg bekendheid toen hij op 6 juni 1944 samen met sergeant Heinz Wodarczyk de Britse en Canadese troepen op de stranden van Sword Beach aanviel. Priller kreeg het nieuws van een geallieerde landing te horen door een telefoonoproep van Generaal-Majoor Werner Junck. Junck droeg hem op met zijn eskadron de tegenaanval in te zetten. Priller had echter enkel nog drie vliegtuigen (waarvan een defect) tot zijn beschikking omdat de rest naar het zuiden van Frankrijk, Reims, Biarritz en Metz was gestuurd. Priller was woedend maar de leiding duldde geen tegenspraak waarna hij in zijn Focke Wulf FW 190 stapte en 100 km vloog om het strand van Normandië aan te vallen.[4][5] Bij Juno Beach schoot Priller zijn machinegeweren leeg op de Engelse soldaten die op het strand liepen.[bron?] Dit verhaal en Prillers personage werden later gebruikt in de film The Longest Day.
Josef Priller overleefde de oorlog maar stierf in mei 1961 aan een hartaanval.
Militaire loopbaan
[bewerken | brontekst bewerken]- Fahnenjunker: 1 april 1935[6][7]
- Fähnrich: 1935[6]
- Oberfähnrich: 1 oktober 1936[6][7]
- Leutnant: 1 april 1937[6][7][8]
- Oberleutnant: 1940[6][7]
- Hauptmann: december 1941[6][7]
- Major: januari 1943[6][7]
- Oberstleutnant: augustus 1943[7] - 1944[6]
- Oberst: 1 januari 1945[6][7]
Decoraties
[bewerken | brontekst bewerken]- Ridderkruis van het IJzeren Kruis (nr.144) op 19 oktober 1940 als Oberleutnant en Staffelkapitän van de 6./JG 51[9][10][7][6]
- Ridderkruis van het IJzeren Kruis met Eikenloof (nr.28) op 20 juli 1941 als Oberleutnant en Staffelkapitän van het 1./JG 26 "Schlageter"[9][10][7][6]
- Ridderkruis van het IJzeren Kruis met Eikenloof en Zwaarden (nr.73) op 2 juli 1944 als Oberstleutnant en Geschwaderkommodore van het JG 26 "Schlageter"[9][10][6]
- IJzeren Kruis 1939, 1e Klasse (10 juli 1940)[11][7][6]en 2e Klasse (30 mei 1940)[11][7][6]
- Duitse Kruis in goud op 9 december 1941 als Oberleutnant in de 6./JG 51[12][7][6]
- Gewondeninsigne 1939 in zwart[13][7][6]
- Gesp voor Gevechtsvluchten aan het Front voor jachtvliegers in goud met getal "300"[13][7][6]
- Gezamenlijke Piloot-Observatiebadge[13][7][6]
- Dienstonderscheiding van Leger voor (4 dienstjaren)[6]
- Hij werd twee maal genoemd in het Wehrmachtsbericht. Dat gebeurde op:
- 2 mei 1942[7]
- 8 oktober 1944[7][14]
- (de) Berger, Florian. Mit Eichenlaub und Schwertern. Die höchstdekorierten Soldaten des Zweiten Weltkrieges. Wenen, Oostenrijk: Selbstverlag Florian Berger. 1999, ISBN 978-3-9501307-0-6.
- (de) Scherzer, Veit. Die Ritterkreuzträger 1939–1945 Die Inhaber des Ritterkreuzes des Eisernen Kreuzes 1939 von Heer, Luftwaffe, Kriegsmarine, Waffen-SS, Volkssturm sowie mit Deutschland verbündeter Streitkräfte nach den Unterlagen des Bundesarchives. Jena, Duitsland: Scherzers Miltaer-Verlag. 2007, ISBN 978-3-938845-17-2.
- (de) Fellgiebel, Walther-Peer. Die Träger des Ritterkreuzes des Eisernen Kreuzes 1939–1945 – Die Inhaber der höchsten Auszeichnung des Zweiten Weltkrieges aller Wehrmachtsteile. Friedberg, Duitsland: Podzun-Pallas. 2000, ISBN 978-3-7909-0284-6.
- (de) Patzwall, Klaus D.; Scherzer, Veit. Das Deutsche Kreuz 1941 – 1945 Geschichte und Inhaber Band II. Norderstedt, Duitsland: Verlag Klaus D. Patzwall. 2001, ISBN 978-3-931533-45-8.
- (de) Stockert, Peter. Die Eichenlaubträger 1939-1945 Band 1. Bad Friedrichshall, Duitsland:. Friedrichshaller Rundblick 1996, ISBN 978-3-9802222-7-3 .
- (de) Thomas, Franz. Die Eichenlaubträger 1939–1945 Band 2: L–Z. Osnabrück, Duitsland: Biblio-Verlag. 1998, ISBN 978-3-7648-2300-9.
- ↑ (en) Find A Grave: Col Josef “Pips” Priller. Geraadpleegd op 9 oktober 2019. Gearchiveerd op 28 oktober 2019.
- ↑ (de) World War II Graves: Priller, Josef “Pips”. Geraadpleegd op 9 oktober 2019.
- ↑ Cornelius Ryan, The Longest Day
- ↑ (fr) Josef "Pips" Priller s'envole contre les alliés. www.plagesdu6juin1944.com. Gearchiveerd op 6 februari 2017. Geraadpleegd op 5 februari 2017.
- ↑ (fr) (6 december 2016). Josef Priller. Wikipédia. Gearchiveerd van origineel op 28 augustus 2023.
- ↑ a b c d e f g h i j k l m n o p q r s http://www.ritterkreuztraeger.info/rksc/p/SC073Priller.pdf
- ↑ a b c d e f g h i j k l m n o p q r https://www.tracesofwar.nl/persons/25685. Gearchiveerd op 28 augustus 2023.
- ↑ Stockert 1996, p. 170.
- ↑ a b c Fellgiebel 2000, p.345
- ↑ a b c Scherzer 2007, p.605
- ↑ a b Thomas 1998, p.173
- ↑ Patzwall and Scherzer 2001, p.359
- ↑ a b c Berger 2000, p.272
- ↑ "Het jachteskader "Schlageter", onder de leiderschap van Oberstleutnant Priller, schoot 300 Brits-Amerikaanse toestellen neer sinds het begin van de invasie en behaalde daarmee haar 2500e luchtoverwinning aan het Westfront."