Aloïs Walgrave
Aloïs Walgrave | ||
---|---|---|
Algemene informatie | ||
Land | België | |
Geboortedatum | 9 februari 1876 | |
Geboorteplaats | Gent | |
Overlijdensdatum | 28 februari 1930 | |
Overlijdensplaats | Brugge | |
Werk | ||
Beroep | dichter, schrijver, leerkracht, priester, pastoor | |
Werkgever(s) | Sint-Romboutscollege, Sint-Pieterscollege, Klein Seminarie | |
Werkplaats | Mechelen, Leuven, Hoogstraten, Vollezele | |
Studie | ||
School/ |
Grootseminarie (Mechelen), Katholieke Universiteit te Leuven | |
Religie | ||
Religie | Rooms-Katholieke Kerk | |
Familie | ||
Broers en zussen | Isidoor Walgrave | |
Persoonlijk | ||
Talen | Nederlands | |
Moedertaal | Nederlands | |
Diversen | ||
Lid van | Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren | |
Prijzen en onderscheidingen | Ridder in de Leopoldsorde[1] | |
graf
| ||
De informatie in deze infobox is afkomstig van Wikidata. U kunt die informatie bewerken. |
Aloïs Walgrave (Gent, 9 februari 1876 - Brugge, 28 februari 1930) was een Vlaams priester, dichter en prozaschrijver.
Levensloop
[bewerken | brontekst bewerken]Aloïs Walgrave werd geboren als de zoon van Aloys C. M. Walgrave (1844-1908), een Vlaamse schrijver en dichter. Na zijn studie thomistische wijsbegeerte en klassieke filologie in Leuven en het Diocesaan Grootseminarie in Mechelen, werd Walgrave leraar aan het Kleinseminarie van Hoogstraten. Leerlingen van hem waren de jezuïet Emiel Janssen en de schrijver en dichter Jozef Simons. In 1920 werd hij pastoor in Vollezele.
Walgrave had grote bewondering voor Guido Gezelle en werd een van zijn eerste biografen. Tegen het einde van de jaren twintig, was hij samen met Paul Allossery een van de twee hoofdredacteurs van de 'Jubileumuitgave' van Guido Gezelles verzamelde werken. Hij overleed vooraleer deze indrukwekkende uitgave het licht zag. Zijn bijdragen werden er postuum in gepubliceerd, soms bijgewerkt door Allossery.
Walgrave was onder andere medewerker van Dietsche Warande & Belfort en van het culturele tijdschrift Jong Dietschland.
Zijn neven, zoons van zijn broer Jozef Walgrave, waren de dominicanen en hoogleraars Jan-Baptist Jozef Walgrave (1911-1986) en Jozef Walgrave (1914-1977), kloosternaam Valentinus.
Jef Tinel (1885-1972) schreef in 1921 muziek bij het evangeliespel De blindgeborene.
Werken
[bewerken | brontekst bewerken]- Stille stonden (1905)
- De blindgeborene (1907), evangeliespel;
- Noodkreet (1908)
- Zingende snaren (1909)
- Het spel van Onze-Lieve-Vrouw of Maria's leven, 2 dln. (1910), mysteriespel;
- Vrede op aarde (1911), kerstspel;
- Jeugddroomen (1913), gelegenheidsspel.
Studies over Gezelle:
- Gedichtengroei (1914)
- Het leven van Guido Gezelle, Vlaamschen priester en dichter (2 delen, 1923-1924)
Literatuur
[bewerken | brontekst bewerken]- Joris EECKHOUT, Levensbericht van Aloïs Walgrave, in: Jaarboek Koninklike Academie Nederlandse Taal en Letteren, 1934.
- Raf SEYS, Onderwijsinspecteurs langs Koekelare om, 1972.
- Raf SEYS, Aloïs Walgrave, in: Lexicon van West-Vlaamse schrijvers, Deel 2, Torhout, 1985.