Met dit onderzoek gaan we na of de lexicale keuzes in geschreven vertalingen, ondertitels en niet... more Met dit onderzoek gaan we na of de lexicale keuzes in geschreven vertalingen, ondertitels en niet-vertalingen (originele teksten) significant van elkaar verschillen. Meer bepaald zal de hypothese getest worden dat vertalingen in het algemeen een grotere proportie normconforme lexicale keuzes bevatten (i.e. woorden die in het hele taalgebied als standaardtaal worden beschouwd vs. Belgisch-Nederlandse woorden die geen Standaardnederlands zijn) in vergelijking met ondertitels en niet-vertalingen. We stellen daartoe een set van normgerelateerde lexicale variabelen op, die we vervolgens onttrekken aan het SoNaR-corpus (ondertitels) en het Dutch Parallel Corpus (voor de vertalingen en niet-vertalingen). Aan de hand van een profielgebaseerde correspondentieanalyse berekenen en visualiseren we de lexicale afstand tussen de verschillende varieteiten. De resultaten tonen inderdaad significante verschillen aan tussen interlinguale en intralinguale ondertitels, tussen ondertitels en geschreven ...
The present study investigates the vitality of colloquial Belgian Dutch by investigating to what ... more The present study investigates the vitality of colloquial Belgian Dutch by investigating to what extent it is used in written subtitles by the (self-declared) norm-setting public broadcaster VRT within the Flemish area of the Dutch language community. Next to the official standard language (General Belgian Dutch), various non-standard, colloquial varieties (e.g. colloquial Belgian Dutch, tussentaal, regiolect, dialect) are widely used in Flanders, both in informal and formal situations. Previous research has demonstrated that several of these varieties frequently occur in spoken language on Flemish television, especially tussentaal (e.g. Lefevere, 2011; Van Hoof, 2013; Prieels, 2013). In this context, it is particularly interesting to investigate whether this tussentaal penetrates in intralingual subtitles, and to what extent. If this would occur in a significant number of cases, this shift from an exclusively spoken variety to a written medium would be indicative for the further sp...
The present study investigates the vitality of colloquial Belgian Dutch by examining to what exte... more The present study investigates the vitality of colloquial Belgian Dutch by examining to what extent it is used in the intralingual subtitles of the Flemish public broadcaster VRT and how television viewers perceive the use of this tussentaal in subtitling. Previous research has demonstrated that tussentaal frequently occurs in spoken language on Flemish television (e.g. Van Hoof, 2013). Therefore, it is particularly interesting to investigate whether tussentaal penetrates in intralingual subtitles and, if that is the case, whether the audience sympathizes with this. Such a shift from an exclusively spoken variety to a written medium would be indicative for the further spreading and acceptance of tussentaal in Flanders.
With this study, we investigate whether the lexical choices of translators, subtitlers and origin... more With this study, we investigate whether the lexical choices of translators, subtitlers and original authors differ significantly. In order to achieve that goal, we gathered a set of linguistic variables and used a 500-million word balanced reference corpus for contemporary (1954-present) written Dutch (the SoNaR corpus; Schuurman et al. 2010). By means of a profile-based correspondence analysis (Plevoets, 2008), lexical distances between the translation and original varieties are measured and visualized in a two-dimensional plot. The results indeed reveal significant differences between interlingual and intralingual subtitles, between subtitles and written translations, and between subtitles and original texts. Influential variables explaining the variation are speakers' status and translation type.
The present study investigates the vitality of colloquial Belgian Dutch by investigating to what ... more The present study investigates the vitality of colloquial Belgian Dutch by investigating to what extent it is used in written subtitles by the (self-declared) norm-setting public broadcaster VRT within the Flemish area of the Dutch language community. Next to the official standard language (General Belgian Dutch), various non-standard, colloquial varieties (e.g. colloquial Belgian Dutch, regiolect, dialect) are widely used in Flanders, both in informal and formal situations. Previous research has demonstrated that several of these varieties frequently occur in spoken language on Flemish television (e.g. Van Hoof, 2013). In this context, it is particularly interesting to investigate to what extent this colloquial Belgian Dutch variety penetrates in intralingual subtitles. If this would occur in a significant number of cases, this shift from an exclusively spoken variety to a written medium would be indicative for the further spreading and acceptation of non-standard Dutch in Flanders.
This research investigates how audiovisual translation deals with norm-related linguistic variati... more This research investigates how audiovisual translation deals with norm-related linguistic variation in the bi-centric Dutch language area (including both the Netherlands and the northern part of Belgium, Flanders). Next to the official standard language that is shared by both Flanders and the Netherlands (General Standard Dutch), both areas have their own phonological, lexical and grammatical features, which are widely used within that area, but do not have the status of standard language. Previous research has demonstrated that this specific language situation in the Dutch language area is reflected in the subtitling practice on Flemish television (e.g. Remael 2008). We want to investigate how Flemish subtitlers deal with this language variation, and how their linguistic choices are affected by differing contexts. Some recent studies on linguistic variation in Flemish subtitling (e.g. Derudder 2014) have provided a first indication that those subtitles do not exclusively contain Ge...
In deze studie gaan we na hoe ondertitelaars in Vlaanderen omgaan met de spanning tussen enerzijd... more In deze studie gaan we na hoe ondertitelaars in Vlaanderen omgaan met de spanning tussen enerzijds het taalbeleid, dat gericht is op het gebruik van Standaardnederlands, en anderzijds de specifieke taalrealiteit, namelijk het repertoire aan formele en informele taalvarieteiten die in Vlaanderen gangbaar zijn. Hoewel die informele varieteiten (o.a. niet-algemeen Belgisch Nederlands, dialect, regiolect) door de taalbeleidsinstanties niet aanvaard zijn in formele, geschreven contexten, worden ze zeer frequent gebruikt in meer informele, spreektalige situaties. Eerder onderzoek heeft al aangetoond dat deze specifieke taalsituatie zich weerspiegelt in de ondertitelingspraktijk op de Vlaamse televisie. Op basis van een corpus met tv-programma’s die tussen 2000 en 2005 werden uitgezonden op de Vlaamse televisie, toonden Vandekerckhove et al. (2006, 2007) aan dat het West-Vlaamse regiolect vaker werd ondertiteld dan het Brabantse regiolect. De Noord-Nederlandse varieteit werd bovendien bijn...
Met dit onderzoek gaan we na of de lexicale keuzes in geschreven vertalingen, ondertitels en niet... more Met dit onderzoek gaan we na of de lexicale keuzes in geschreven vertalingen, ondertitels en niet-vertalingen (originele teksten) significant van elkaar verschillen. Meer bepaald zal de hypothese getest worden dat vertalingen in het algemeen een grotere proportie normconforme lexicale keuzes bevatten (i.e. woorden die in het hele taalgebied als standaardtaal worden beschouwd vs. Belgisch-Nederlandse woorden die geen Standaardnederlands zijn) in vergelijking met ondertitels en niet-vertalingen. We stellen daartoe een set van normgerelateerde lexicale variabelen op, die we vervolgens onttrekken aan het SoNaR-corpus (ondertitels) en het Dutch Parallel Corpus (voor de vertalingen en niet-vertalingen). Aan de hand van een profielgebaseerde correspondentieanalyse berekenen en visualiseren we de lexicale afstand tussen de verschillende varieteiten. De resultaten tonen inderdaad significante verschillen aan tussen interlinguale en intralinguale ondertitels, tussen ondertitels en geschreven ...
The present study investigates the vitality of colloquial Belgian Dutch by investigating to what ... more The present study investigates the vitality of colloquial Belgian Dutch by investigating to what extent it is used in written subtitles by the (self-declared) norm-setting public broadcaster VRT within the Flemish area of the Dutch language community. Next to the official standard language (General Belgian Dutch), various non-standard, colloquial varieties (e.g. colloquial Belgian Dutch, tussentaal, regiolect, dialect) are widely used in Flanders, both in informal and formal situations. Previous research has demonstrated that several of these varieties frequently occur in spoken language on Flemish television, especially tussentaal (e.g. Lefevere, 2011; Van Hoof, 2013; Prieels, 2013). In this context, it is particularly interesting to investigate whether this tussentaal penetrates in intralingual subtitles, and to what extent. If this would occur in a significant number of cases, this shift from an exclusively spoken variety to a written medium would be indicative for the further sp...
The present study investigates the vitality of colloquial Belgian Dutch by examining to what exte... more The present study investigates the vitality of colloquial Belgian Dutch by examining to what extent it is used in the intralingual subtitles of the Flemish public broadcaster VRT and how television viewers perceive the use of this tussentaal in subtitling. Previous research has demonstrated that tussentaal frequently occurs in spoken language on Flemish television (e.g. Van Hoof, 2013). Therefore, it is particularly interesting to investigate whether tussentaal penetrates in intralingual subtitles and, if that is the case, whether the audience sympathizes with this. Such a shift from an exclusively spoken variety to a written medium would be indicative for the further spreading and acceptance of tussentaal in Flanders.
With this study, we investigate whether the lexical choices of translators, subtitlers and origin... more With this study, we investigate whether the lexical choices of translators, subtitlers and original authors differ significantly. In order to achieve that goal, we gathered a set of linguistic variables and used a 500-million word balanced reference corpus for contemporary (1954-present) written Dutch (the SoNaR corpus; Schuurman et al. 2010). By means of a profile-based correspondence analysis (Plevoets, 2008), lexical distances between the translation and original varieties are measured and visualized in a two-dimensional plot. The results indeed reveal significant differences between interlingual and intralingual subtitles, between subtitles and written translations, and between subtitles and original texts. Influential variables explaining the variation are speakers' status and translation type.
The present study investigates the vitality of colloquial Belgian Dutch by investigating to what ... more The present study investigates the vitality of colloquial Belgian Dutch by investigating to what extent it is used in written subtitles by the (self-declared) norm-setting public broadcaster VRT within the Flemish area of the Dutch language community. Next to the official standard language (General Belgian Dutch), various non-standard, colloquial varieties (e.g. colloquial Belgian Dutch, regiolect, dialect) are widely used in Flanders, both in informal and formal situations. Previous research has demonstrated that several of these varieties frequently occur in spoken language on Flemish television (e.g. Van Hoof, 2013). In this context, it is particularly interesting to investigate to what extent this colloquial Belgian Dutch variety penetrates in intralingual subtitles. If this would occur in a significant number of cases, this shift from an exclusively spoken variety to a written medium would be indicative for the further spreading and acceptation of non-standard Dutch in Flanders.
This research investigates how audiovisual translation deals with norm-related linguistic variati... more This research investigates how audiovisual translation deals with norm-related linguistic variation in the bi-centric Dutch language area (including both the Netherlands and the northern part of Belgium, Flanders). Next to the official standard language that is shared by both Flanders and the Netherlands (General Standard Dutch), both areas have their own phonological, lexical and grammatical features, which are widely used within that area, but do not have the status of standard language. Previous research has demonstrated that this specific language situation in the Dutch language area is reflected in the subtitling practice on Flemish television (e.g. Remael 2008). We want to investigate how Flemish subtitlers deal with this language variation, and how their linguistic choices are affected by differing contexts. Some recent studies on linguistic variation in Flemish subtitling (e.g. Derudder 2014) have provided a first indication that those subtitles do not exclusively contain Ge...
In deze studie gaan we na hoe ondertitelaars in Vlaanderen omgaan met de spanning tussen enerzijd... more In deze studie gaan we na hoe ondertitelaars in Vlaanderen omgaan met de spanning tussen enerzijds het taalbeleid, dat gericht is op het gebruik van Standaardnederlands, en anderzijds de specifieke taalrealiteit, namelijk het repertoire aan formele en informele taalvarieteiten die in Vlaanderen gangbaar zijn. Hoewel die informele varieteiten (o.a. niet-algemeen Belgisch Nederlands, dialect, regiolect) door de taalbeleidsinstanties niet aanvaard zijn in formele, geschreven contexten, worden ze zeer frequent gebruikt in meer informele, spreektalige situaties. Eerder onderzoek heeft al aangetoond dat deze specifieke taalsituatie zich weerspiegelt in de ondertitelingspraktijk op de Vlaamse televisie. Op basis van een corpus met tv-programma’s die tussen 2000 en 2005 werden uitgezonden op de Vlaamse televisie, toonden Vandekerckhove et al. (2006, 2007) aan dat het West-Vlaamse regiolect vaker werd ondertiteld dan het Brabantse regiolect. De Noord-Nederlandse varieteit werd bovendien bijn...
Uploads
Papers by Lynn Prieels