in: KENNIS IN BEELD. DENKEN EN DOEN IN DE MIDDELEEUWEN, red. Andrea van Leerdam, Orlanda S.H. Lie, Martine Meuwese en Maria Patijn, Hilversum, 2014
Het Bossche mirakelboek laat zien dat het miraculeuze Mariabeeld van 's-Hertogenbosch met alle ha... more Het Bossche mirakelboek laat zien dat het miraculeuze Mariabeeld van 's-Hertogenbosch met alle haar omringende verhalen en symbolisch geladen cultusobjecten een doeltreffend alternatief was voor de middeleeuwse geneesheer, vooral bij been- en voetkwetsuren. Deze boodschap werd met behulp van woord en beeld in de noordelijke en zuidelijke Nederlanden verspreid. Het mirakelboek zelf wordt nog altijd op een zeer betekenisvolle plek in de Sint-Jan bewaard: aan de voeten van het miraculeuze Mariabeeld.
Bookmarks Related papers MentionsView impact
Uploads
Papers
Historiografisch gezien bevindt de Haagse serie Gulden-Vliesborden in de Grote Kerk van Den Haag zich in de marge. De belangrijkste reden daarvoor is de productie van de overgeleverde schilderijen in de zestiende eeuw (dus niet in 1456!). Ook was de excentrische ligging van Den Haag van invloed op de geschiedschrijving. De schilderijen zijn nauwelijks gekend, herkend en erkend als Bourgondisch-Habsburgs erfgoed. Onterecht. Mijn stelling luidt dat de Haagse Gulden-Vliesborden juist vanwege
die factoren datering en lokalisatie de functie en waarde van het monumentale heraldische corpus tot aan 1559 inzichtelijk maken. De voorliggende publicatie expliciteert dit door aan de hand van de biografie van de Haagse Gulden-Vliesborden in
te gaan op zowel memorie – dat wat in het cultureel geheugen diende te worden opgeslagen – als memorandum – het object dat die herinnering(en) in stand diende te houden.
opdrachten aan Jan van Battel leken enkel de archivalische sporen overgeleverd. Toch kunnen dankzij recent onderzoek aan de twee triptieken maar liefst 35 schilderijen toegevoegd worden, en mogelijk nog een vijftigtal meer.
Jan van Battel, telg van een Mechelse schildersfamilie en hofschilder onder keizer Karel V, was in de eerste helft van de zestiende eeuw de uitvoerder van een groot aantal opdrachten van hooggeplaatsten. Toch is de schilder weinig gekend en werd er nog niet eerder een monografie aan hem gewijd. Tijd voor rehabilitatie. Wie was Jan van Battel? Waarom is er zo weinig bekend van hem? Vooral: welke schilderijen kunnen aan hem worden toegeschreven? De zoektocht leidt van de residentiestad Mechelen naar de Nederlandse ‘hofstad’ Den Haag en de Catalaanse metropool Barcelona.
"The journeys undertaken by medieval pilgrims leave their trail in the metal souvenirs subsequently found in archaeological excavations or as casual finds. The distribution patterns show us the favoured shrines often far from home, and the social and economic implications of these attractions. The patterns themselves require records of find spots and types to be systematically made, the kind of data-base being developed at the Art History department of the Radboud University in Nijmegen (the Netherlands). The data base, named 'Kunera', after a saint venerated in Rhenen, registers individual and groups of finds of badges and flasks in a Geographical Information System (http://www.kunera.nl). The utility of this approach will be illustrated by considering a case study focussed on the pilgrimage site of 's-Hertogenbosch in Brabant."
Historiografisch gezien bevindt de Haagse serie Gulden-Vliesborden in de Grote Kerk van Den Haag zich in de marge. De belangrijkste reden daarvoor is de productie van de overgeleverde schilderijen in de zestiende eeuw (dus niet in 1456!). Ook was de excentrische ligging van Den Haag van invloed op de geschiedschrijving. De schilderijen zijn nauwelijks gekend, herkend en erkend als Bourgondisch-Habsburgs erfgoed. Onterecht. Mijn stelling luidt dat de Haagse Gulden-Vliesborden juist vanwege
die factoren datering en lokalisatie de functie en waarde van het monumentale heraldische corpus tot aan 1559 inzichtelijk maken. De voorliggende publicatie expliciteert dit door aan de hand van de biografie van de Haagse Gulden-Vliesborden in
te gaan op zowel memorie – dat wat in het cultureel geheugen diende te worden opgeslagen – als memorandum – het object dat die herinnering(en) in stand diende te houden.
opdrachten aan Jan van Battel leken enkel de archivalische sporen overgeleverd. Toch kunnen dankzij recent onderzoek aan de twee triptieken maar liefst 35 schilderijen toegevoegd worden, en mogelijk nog een vijftigtal meer.
Jan van Battel, telg van een Mechelse schildersfamilie en hofschilder onder keizer Karel V, was in de eerste helft van de zestiende eeuw de uitvoerder van een groot aantal opdrachten van hooggeplaatsten. Toch is de schilder weinig gekend en werd er nog niet eerder een monografie aan hem gewijd. Tijd voor rehabilitatie. Wie was Jan van Battel? Waarom is er zo weinig bekend van hem? Vooral: welke schilderijen kunnen aan hem worden toegeschreven? De zoektocht leidt van de residentiestad Mechelen naar de Nederlandse ‘hofstad’ Den Haag en de Catalaanse metropool Barcelona.
"The journeys undertaken by medieval pilgrims leave their trail in the metal souvenirs subsequently found in archaeological excavations or as casual finds. The distribution patterns show us the favoured shrines often far from home, and the social and economic implications of these attractions. The patterns themselves require records of find spots and types to be systematically made, the kind of data-base being developed at the Art History department of the Radboud University in Nijmegen (the Netherlands). The data base, named 'Kunera', after a saint venerated in Rhenen, registers individual and groups of finds of badges and flasks in a Geographical Information System (http://www.kunera.nl). The utility of this approach will be illustrated by considering a case study focussed on the pilgrimage site of 's-Hertogenbosch in Brabant."
Organization: Radboud University Nijmegen