try
Uiterlijk
- try
- van het Engels
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | try | try's |
verkleinwoord | try'tje | try'tjes |
de try m
- (sport) doelpunt in het rugby
- Hij heeft in die wedstrijd twee keer een try gedrukt.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord try staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
enkelvoud | meervoud |
---|---|
try | tries |
try
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to try |
he/she/it | tries |
verleden tijd | tried |
voltooid deelwoord |
tried |
onvoltooid deelwoord |
trying |
gebiedende wijs | try |
try
- trying (bijvoeglijk naamwoord)
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 3
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Sport in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 3
- Woorden in het Engels met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Sport in het Engels
- Werkwoord in het Engels