topless

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  topless    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• top·less

Woordherkomst en -opbouw

• Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘de boezem bloot latend’ voor het eerst aangetroffen in 1964
• Ontleend aan het Engels.

	stellend
onverbogen	topless
verbogen	topless

Bijvoeglijk naamwoord

topless

1. (gezegd van vrouwen) zonder bovenkleding, met naakt bovenlijf

   • Topless zonnen wordt in vele Arabische landen afgeraden. 

   ▸ En dan te bedenken dat je in Amerika niet eens topless op het strand mag liggen.

   ▸ Enkele mannelijke beroemdheden braken een lans voor de mannenrok, inclusief blote benen. Andere heren kozen voor jassen of rokkostuums tot op de grond, waarmee ze een vrouwelijk silhouet creëerden. Model Cara Delevingne zette op haar beurt vrouwelijkheid centraal door topless doch bedekt met bodypaint te verschijnen.

Synoniemen

• oben ohne

Vertalingen

    1. de borsten bloot latend   

Afrikaans: bostukloos (af) Duits: topless (de), barbusig (de), oben ohne (de) Engels: topless (en) Esperanto: nudmama (eo)

Italiaans: in topless (it) Spaans: topless (es) Zweeds: topless (sv)

Gangbaarheid

• Het woord topless staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "topless" herkend door:

96 %	van de Nederlanders;
96 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Italiaans

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: /ˈtɔples/, /ˈtɔpples/

Zelfstandig naamwoord

enkelvoud	meervoud
topless	topless

topless m

1. (kleding), (zwemmen) topless zwemkleding, bikini zonder bovenstuk

Typische woordcombinaties

• in topless

Verwante begrippen

• monokini, unikini