Naaktzadigen
Naaktzadigen | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||
| |||||||
clade | |||||||
Gymnospermae | |||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||
Naaktzadigen op Wikispecies | |||||||
|
De naaktzadigen (gymnospermen, botanische naam Gymnospermae) vormen een groep planten, die niet gekarakteriseerd wordt door een gezamenlijke ontstaansgeschiedenis. Daardoor is de groep het gemakkelijkst negatief te omschrijven: hij omvat alle zaadplanten, behalve de bedektzadigen. De verwantschap van de diverse groepen naaktzadigen onderling en met de bedektzadigen is onderwerp van onderzoek en discussie. De 23e druk van de Heukels gebruikt de naam "naaktzadigen" anders, en wel voor een groep die geen formele, botanische naam heeft. In de 24ste druk van de Heukels behoren tot de naaktzadigenen de orden Pinales en Cupressales.
Beschrijving
[bewerken | brontekst bewerken]Naaktzadigen zijn zaadplanten met onbedekte zaadknoppen, zodat de pollenkorrels bij de micropyle naar binnen kunnen. Zoals alle zaadplanten vormen naaktzadigen zaden, maar in tegenstelling tot de bedektzadigen hebben de naaktzadigen geen stamper of vruchtbeginsel en daarom ook nooit "echte" vruchten. Wel kunnen structuren aanwezig zijn die de functie van eetbare vruchten vervullen (bijvoorbeeld bij Jeneverbes, Taxus en Podocarpaceae).
De enige naaktzadigen die van nature in Nederland voorkomen zijn coniferen, door de Heukels ingedeeld in de orde Coniferales, terwijl de term "naaktzadigen" in het Nederlands traditioneel werd gebruikt om de Gymnospermae aan te duiden.
Tot de naaktzadigen worden gerekend:
- de palmvarens (Cycadales) met onder andere de geslachten Cycas en Zamia
- de Ginkgoales met als enige recente vertegenwoordiger de Japanse notenboom (Ginkgo biloba) van het verder uitgestorven geslacht Ginkgo
- de Coniferales (ook Pinales of Coniferae) met onder andere de den (Pinus), Taxus, Cedrus, Araucaria, Juniperus
- de Gnetales[1] met:
- de familie Welwitschiaceae met het geslacht Welwitschia en de soort Welwitschia mirabilis
- de familie Ephedraceae met het geslacht Ephedra
- de familie Gnetaceae met het geslacht Gnetum (met onder andere de melindjoe, Gnetum gnemon)
- de zaadvarens (Pteridospermales †), een uitgestorven, niet-monofyletische groep van planten met varenachtige bladeren en met zaden. Zaadvarens worden alleen fossiel gevonden.
Classificatie
[bewerken | brontekst bewerken]Een traditionele classificatie van de naaktzadigen en verwante groepen is:
|
|
Fylogenie
[bewerken | brontekst bewerken]Een volledigere fylogenetische stamboom, met daarin de naaktzadigen, waarin ook staat aangegeven tot welke polyfyletische groep een bepaald taxon werd gerekend:
|
|
- ↑ De Gnetales werden als Chlamydospermae als een groep gerekend, apart van de naakt- en bedekzadigen.
Literatuur
- (en) Gymnosperm database. Een uitvoerige Gymnospermae-website
- (en) Holt, J. & C. Iudica (2016) Diversity of Life Geraadpleegd: 15-05-2017.
- (en) Holt, J. & C. Iudica (2016) Diversity of Life. HIERARCHICAL CLASSIFICATION OF THE PHYLUM PTERIDOSPERMOPHYTA (Ward 1904) Geraadpleegd: 15-05-2017.
- (en) Holt, J. & C. Iudica (2016) Diversity of Life. DESCRIPTION OF THE PHYLUM PROGYMNOSPERMOPHYTA (Bold et al. 1987) Geraadpleegd: 15-05-2017.
- (en) Holt, J. & C. Iudica (2016) Diversity of Life. DESCRIPTION OF THE GYMNOSPERMS Geraadpleegd: 15-05-2017.