bijvoegsel

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  bijvoegsel    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• bij·voeg·sel

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van bijvoegen met het achtervoegsel -sel

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bijvoegsel	bijvoegsels
verkleinwoord	bijvoegseltje	bijvoegseltjes

Zelfstandig naamwoord

het bijvoegsel o

1. een extra toevoeging

   • In het bijvoegsel staan de specificaties in meer detail beschreven. 

Synoniemen

• appendix, supplement

Vertalingen

    1. een extra toevoeging   

Spaans: suplemento (es) m

Gangbaarheid

• Het woord bijvoegsel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bijvoegsel" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
98 %	van de Vlamingen.