Jan Elburg
Joannes Gommert Elburg (Wemeldinge, 30 november 1919 – Amsterdam, 13 augustus 1992), bekend als Jan G. Elburg, was een Nederlands dichter en beeldend kunstenaar, die tot de Vijftigers wordt gerekend. Als beeldend kunstenaar was hij actief als graficus, schilder, tekenaar, beeldhouwer en collagist,[1] en was jaren docent aan de Rietveld Academie.[2]
| Jan Elburg | ||||
|---|---|---|---|---|
| ||||
Jan Elburg in 1976
| ||||
| Algemene informatie | ||||
| Volledige naam | Joannes Gommert Elburg | |||
| Ook bekend als | Jan G. Elburg | |||
| Geboren | 30 november 1919 | |||
| Geboorteplaats | Wemeldinge | |||
| Overleden | 13 augustus 1992 | |||
| Overlijdensplaats | Amsterdam | |||
| Land |  Nederland
| |||
| Beroep | dichter | |||
| Werk | ||||
| Jaren actief | 1943-1992 | |||
| Stroming | Vijftigers | |||
| Dbnl-profiel | ||||
| ||||
Levensloop
bewerkenElburg werd geboren in Wemeldinge in Zeeland. Hij verhuisde op jonge leeftijd met zijn ouders naar Amsterdam-Noord, waar hij verder opgroeide. Eind jaren 1930 begon hij als laborant in Amsterdam, en kwam in de oorlog in het verzet. Hij kwam in contact met dichters als Gerrit Kouwenaar en Lucebert, met wie hij zich aansloot bij de Cobragroep.[2]
Als jonge dichter en kunstenaar was Elburg geïnspireerd door troubadourspoëzie en het surrealisme. Hij experimenteerde met grafische technieken, schilderde en maakte fotomontages. Hij schreef ook reclameteksten, en was jaren leraar op de Rietveld Academie.[2]
In 1948 werd Elburg onderscheiden met de Jan Campert-prijs voor Klein t(er)reurspel. Verder ontving hij in 1959 de Poëzieprijs van de gemeente Amsterdam voor Hebben en zijn, in 1970 de Feniksprijs voor zijn gehele oeuvre, en in 1976 de Constantijn Huygens-prijs nogmaals voor zijn gehele oeuvre.
Bibliografie
bewerken- 1943 - Serenade voor Lena
- 1944 - De distelbloem
- 1947 - Klein t(er)reurspel
- 1948 - Door de nacht
- 1952 - Het uitzicht van de duif (met Constant)
- 1952 - Laag Tibet
- 1956 - De vlag van de werkelijkheid
- 1959 - Hebben en zijn
- 1960 - Drietand. Gedichten 1952-1958
- 1960 - Praatjeskijken
- 1964 - De gedachte mijn echo
- 1965 - Streep door de rekening
- 1971 - Contravormen naar 5 Oostakkerse gedichten van Hugo Claus
- 1971 - De quark en de grootsmurf
- 1975 - Gedichten 1950-1975
- 1978 - Verzen uit de zevensnaar
- 1981 - De kikkers van Potter
- 1982 - Iets van dat alles
- 1985 - De dichter achter het volle glas
- 1986 - Vroeger komt later
- 1987 - Geen letterheren
- 1988 - Haaks op de uitvlucht
- 1988 - Winter lijkt het wel
- 2004 - De gelijkenis van de zeekoe
- 2005 - Niet voor koks, maar voor de genodigden
- 2006 - De zevensnaar (Poëzie-experimenten 1941-1950)
- 2007 - Zelf sprekend Jan Elburg
- 2011 - Ik zie scherper door de taal (bloemlezing)
- 2012 - Een halve eeuw vriendschap (Koos Schuur en Jan G. Elburg in brieven 1943-1992)
Trivia
bewerkenSecundaire literatuur
bewerken- Bormans, Peter, Ik hoop dat ik stoor: De poëzie van Jan G. Elburg (1919-1992), ISBN 9789072474575
- Vegt, Jan van der, De man met de drietand: Leven en werk van Jan Elburg 1919-1992, Meulenhoff Boekerij B.V., 2012.
Externe link
bewerken- ↑ Biografische gegevens bij het RKD-Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis.
- ↑ a b c Jan van der Vegt, De man met de drietand: Leven en werk van Jan Elburg 1919-1992, Meulenhoff Boekerij B.V., 2012.
- ↑ Ron Rijghard, Jan G. Elburg, vergeten Vijftiger, NRC, 3 februari 2012